Deze handleiding laat u zien hoe u beschrijvende tekst aan de gegevenspunten kunt toevoegen met behulp van de functie text() in MATLAB. We behandelen verschillende syntaxis en voorbeelden, zodat u kunt leren hoe u deze op verschillende manieren kunt gebruiken
Hoe beschrijvende tekst naar gegevenspunten op een plot in MATLAB?
Om beschrijvende tekst toe te voegen aan de gegevenspunten op een plot in MATLAB, kunnen we het ingebouwde tekst() functie. Deze functie neemt een of meer datapunten en de beschrijvende tekst als verplichte invoer en levert de beschrijving die overeenkomt met de gegeven datapunten. U moet de coördinaten van de gegevenspunten opgeven, aangezien deze de locatie vertegenwoordigen waar de tekst moet worden toegevoegd in de MATLAB-plot.
Syntaxis
In MATLAB kun je de tekst() functioneren op de volgende manieren:
tekst ( x,y,txt )
tekst ( x,y,z,txt )
tekst ( ___,Naam,Waarde )
Hier,
De functie tekst(x,y,txt) is verantwoordelijk voor het toevoegen van de tekstbeschrijvingen aan een of meer gegevenspunten met behulp van de tekst die door de variabele is opgegeven tekst in de huidige assen.
- Om een beschrijving van één gegevenspunt op te geven, gebruikt deze functie x en y als scalaire waarden.
- Om een tekstbeschrijving van meer dan één gegevenspunt te specificeren, gebruikt deze functie x en y als vectoren met dezelfde grootte.
De functie tekst(x,y,z,txt) is verantwoordelijk voor het positioneren van de tekst in 3D-coördinaten.
De functie tekst(___,Naam,Waarde) is verantwoordelijk voor het specificeren van de tekstobjecteigenschappen met behulp van een of meer Naam-Waarde-paarargumenten.
Voorbeeld 1: Hoe kan ik beschrijvende tekst toevoegen aan één gegevenspunt in MATLAB?
Deze MATLAB-code gebruikt de tekst() functie om de beschrijving van het punt te specificeren (pi/2,0.2).
x = -pi:pi / vijftig :pi;y = cos ( X ) ;
verhaallijn ( x,y )
tekst ( pi / 2 , 0,2 , '\linkerpijl cos(\pi/2)' )
Voorbeeld 2: Hoe kan ik beschrijvende tekst toevoegen aan meerdere gegevenspunten?
De volgende code gebruikte de plotfunctie om de cos(x)-functie uit te zetten over het bereik [-π, π]. De tekst() De functie wordt gebruikt om twee tekstannotaties aan de plot toe te voegen, die aangeven waar de functie de x-as kruist.
x = -pi:pi / vijftig :pi;y = cos ( X ) ;
verhaallijn ( x,y )
x_vect = [ -pi / 2 ,pi / 2 ] ;
y_vect = [ 0 , 0 ] ;
tekst ( x_vect,y_vect, '\linkerpijl cos(x)=0' )
Voorbeeld 3: Hoe kan ik beschrijvende tekst toevoegen aan 3D-gegevenspunten?
In deze MATLAB-code genereren we een oppervlakteplot voor de functie Z=cos(X)+sin(Y) overeenkomend met de gegeven vectoren x en y. Daarna lokaliseren we een punt (0,0,1) en voegen we de beschrijving ervan toe, namelijk cos(X)+sin(Y)=1.
[ X, Y ] = maasrooster ( - 1 : 0,1 : 1 ,- 1 : 10 ) ;Z = cos ( X ) +zonder ( EN ) ;
surfen ( X,Y,Z )
tekst ( 0 , 0 , 1 , '\linkerpijl cos(X)+sin(Y)=1' )
Voorbeeld 4: Hoe kunt u de tekstgrootte en -kleur opgeven terwijl u beschrijvende tekst aan een gegevenspunt toevoegt?
Het onderstaande voorbeeld genereert een oppervlakteplot voor de functie Z=cos(X)+sin(Y) overeenkomend met de gegeven vectoren x en y. Daarna lokaliseert het een punt (0,0,1) en voegt het de beschrijving ervan toe cos(X)+sin(Y)=1 door de teksthalsband op te geven als blauw en tekstgrootte = 16.
[ X, Y ] = maasrooster ( - 1 : 0,1 : 1 ,- 1 : 10 ) ;Z = cos ( X ) +zonder ( EN ) ;
surfen ( X,Y,Z )
tekst ( 0 , 0 , 1 , '\linkerpijl cos(X)+sin(Y)=1' , 'Kleur' , 'rood' , 'Lettertypegrootte' , 16 )
Conclusie
Op het gebied van datavisualisatie moeten we de geplotte datapunten beschrijven om onze plots duidelijk en begrijpelijk te maken. Deze taak kan efficiënt worden uitgevoerd met behulp van de tekst() functie in MATLAB. In deze tutorial wordt de functionaliteit van het tekst() functie in MATLAB. We hebben verschillende syntaxis gegeven voor de tekst() functie en een eenvoudig voorbeeld voor elke syntaxis om u te helpen de werking achter de functie te begrijpen.