In deze zelfstudie wordt het gebruik van de cmdlet 'Rename-ItemProperty' in PowerShell uitgelegd.
Hoe de cmdlet Rename-ItemProperty te gebruiken om de eigenschap van een item in PowerShell te hernoemen?
Het hernoemen van de eigenschap van een item kan worden gedaan met behulp van de ' Hernoem-ItemProperty ' cmdlet. Gebruik hiervoor eerst de genoemde cmdlet en wijs er een pad aan toe via de ' -Pad ' parameter. Gebruik daarna de ' -Naam ” parameter om de bestaande naam van het item toe te wijzen. Voeg vervolgens de ' -Nieuwe naam ” parameter en geef de nieuwe naam op.
Laten we eens kijken naar het gegeven voorbeeld voor een beter begrip!
Voorbeeld: gebruik de cmdlet 'Rename-ItemProperty' om de naam van een registervermelding te wijzigen
Om de eigenschap van een item te hernoemen, voert u eenvoudig de gegeven opdracht uit in PowerShell:
Hernoem-ItemProperty -Pad HKLM:\Software\NieuweSoftware -Naam ontwikkelaars -Nieuwe naam Ontwikkelaar
Volgens bovenstaande code:
- Gebruik eerst de ' Hernoem-ItemProperty ' cmdlet en geef het een pad met behulp van de ' -Pad ' parameter.
- Schrijf vervolgens de parameter ' -Naam ” en geef de eigenschapsnaam van het oude item op.
- Typ vervolgens de ' -Nieuwe naam ” parameter en specificeer de nieuwe gewenste naam:
Voer de onderstaande opdracht uit om te controleren of de eigenschap van het item is verwijderd of niet:
Get-ItemProperty -Pad 'HKLM:\Software\NieuweSoftware'
Dat is het! U hebt geleerd over de cmdlet 'Rename-ItemProperty' van PowerShell.
Conclusie
De ' Hernoem-ItemProperty ”cmdlet wordt gebruikt om de eigenschap van een item in PowerShell te hernoemen. De standaardalias is de ' rnp ”. Deze zelfstudie demonstreerde het gebruik van de cmdlet 'Rename-ItemProperty' met behulp van praktische voorbeelden.